Spectaculair glimglanzend groot, diep groen blad, stevige, statige aren met heerlijke zuiver witte bloemen.
De bloemen van Acanthus stonden model voor een van de meest bekende en meest gekopieerde voortbrengsels van de decoratieve kunst: de Corinthische zuil ornamenten.
Acanthus bloeit meestal door tot de eerste vorst. Het begin kan na een strenge winter wat langer op zich laten wachten, maar ze zijn uitstekend sterk.
Dat Acanthus een moeilijke plant zou zijn is grote flauwekul, integendeel; ze verdraagt alle denkbare omstandigheden. In het zuiden vermijden ze de grote hitte door in de zomer af te sterven. Bij ons doen ze dan juist maar wel een klein beetje verward hun ding.
Heerlijk donkergroen en fijn besneden blad, onontbeerlijk voor architectonisch bewuste tuiniers.
Doet het dus ook prima in de schaduw, onder een boom of struik.
Een elegant doorbuigend gras dat in de zomer en herfst in de Franse vooralpen beeldbepalend is.
Grote groepen of plukjes brengen die fijne zuidelijke warmte naar onze tuin.
Dit is ideaal uitgangsmateriaal voor je natuurlijke mediterrane prairie.
De aanvankelijk zilveren aren worden na de bloei steeds voller en meer beige en blijven dat tot de winter.
Tweekleurig, net als 'Bicolor' .
'Cloudy is nieuwer, heeft 'grotere bloemen op wat kortere aren en bloeit wat later.
Een betrouwbare vaste plant op stevige stengels voor niet al te arme vochthoudende grond.
Nice, smoothy and cloudy indeed.
Blauw gerande witte helmen, die moeten wel voor een soort engelen leger bedoeld zijn.
Een bijzonder makkelijke plant die graag een beetje rijk staat op vochthoudende grond.
Onsterfelijk.
Een nieuwe compacte en diep diep diep donkerbladige vorm van Marco van Noort.
De bloemen hebben een heerlijke en sterke vanille geur.
Bijzonder zeldzaam nog.
Zoet geurende bloemen, net als de rest.
Het diep donkere blad van deze onverwoestbare plant is heel fijn ingesneden.
De lange aren geuren sterk aangenaam zoet als vanille.
Diep, diep, diep, donker glanzend blad.
Sterk, makkelijk, geurend en raadselachtig prachtig.
De diep chocolade bruin-rode bladkleur maakt deze slaande schoonheid zeer begeerlijk. Sterk zoet vanille geurende roomwitte bloemen aan lange stelen.
Officieel voor de schaduw, maar je krijgt bij ons ontheffing af te rekenen met wat bruin blad na de echt hete zomerdagen, maar ook intensievere bladkleur en wat meer bloei als ze in de zon staat. Water geven mag ook.
Die geur is groots.
Kiwi is eenhuizig, zowel mannelijk als vrouwelijk en kan dus zichzelf bestuiven. Het stuifmeel is bij de meeste cultivars echter onvoldoende op het juiste moment rijp voor optimale zelfbestuiving.
Dit is een uitstekende zelfbestuiver.
Snoei Kiwi in de zomer als de vruchten al zijn gezet. Je remt dan de groei wat en snoeit takken met weinig vruchten weg.
'Issai' is een relatief kleine plant met kleine onbehaarde vruchten die ook in een pot gehouden kan worden.
De kleine vruchten rijpen vroeg.
'Hayward' heeft grote, goed smakende uniforme vruchten. Die je in je kelder nog maanden kunt bewaren
Het eigen stuifmeel is zwak en bestuift de plant onvoldoende. Dus je moet er wel een bestuiver zoals 'Atlas' of een andere kiwi bijzetten.
Dan mag je op een voortreffelijke opbrengst van goede grote vruchten rekenen.
Een ras voor profi's. Ze planten er een 'Atlas tussen.
Stevige kruipende bodembedekker voor de vochtige schaduw.
Het glimmende blad is bijna zwart zo donker.
Lekkere wolken groengele bloemen.
De dauwdruppels aan de bladrand, werden door alchimisten als een ideale grondstof gezien voor het maken van goud. Ik zou zelf op zilver hebben ingezet.
Het mooist in grote groepen of plukjes verspreid door een border.
Een zeer makkelijke vulplant die je als rustpunt kunt inzetten.
De bloemen doen een beetje aan een minaret denken. De puntige knop barst open en dan gaan de gele belletjes daar heel elegant uit hangen.
Uit zuid en centraal Europa tot en met de Kaukasus.
Ik zag ze samen met Santolina, Satureja, tijm en wilde lavendel in de bergen bij het zuid-Franse Forcalquer en oostwaards. Ze zaait zich hier ook lekker uit. Leuk dus voor je mediterrane kruidenborder.
Tja, gewone bieslook dus.....
Snijd er lekker veel van, dan groeit er ook veel terug.
Niet kapot te krijgen.
De bloemen mag je ook een keer eten, of als decoratie gebruiken.
Maar eerst trek je de bloem stelen er aan hun nek uit, want die zijn te taai om te eten.
In grote groepen is dit een indrukwekkende bloeiende sierplant voor het najaar, punt.
Maar bovendien is het een onbekend en in Azië zeer geliefde groente of keukenkruid. Het blad is plat en heeft een aangename milde knoflooksmaak. De stervormige bloemen zijn zuiver wit. Daslook, maar dan sierlijk rechtopstaand op lange stengels en de hele zomer oogstbaar.
Massaal planten. Of uit budgettaire overwegingen elk tweede jaar scheuren tot je genoeg hebt.
Dit geschenk van de goden uit Chili is mijn kampioen citroengeur.
Het blad ruikt meer naar citroen dan citroen zelf naar citroen geurt. In Frankrijk heet ze Verveine, Italianen noemen haar Limoncello.
Zet ze ergens waar je in het voorbijgaan een blaadje kunt meepakken. De minuscule witte bloemetjes in schermen zijn net wolkjes. Knip naar hartenlust, dit schatje groeit en bloeit maar door.
Ze mag dan ook veel meer water en voeding dan je zou denken.
Wie de echte engelwortel zoekt voor culinaire toepassingen, moet deze hebben.
Een heemplant met sprookjesachtige, archaïsche uitstraling. De hele plant inclusief bloemen is groen met rode stengels.
In Frankrijk wordt de stengelvoet versuikerd en als eetlust bevorderend snoep geconsumeerd. En wat wil je nog meer in Frankrijk, behalve eetlust?
Monocarp, dus laten uitzaaien. Ze houden zich gemakkelijk zelf in stand via zaad.
Apart en terecht veel bewonderd. De donkere stengels en diep donker purperen bolle schermen hebben een aristocratische uitstraling. Ze verschijnen pas nadat de spanning flink werd opgevoerd door dik opzwellende knoppen waar, als uit een doosje in een doosje, steeds weer nieuwe knoppen uit komen. Hoe belangrijk die zijn viel me op toen werd gevraagd naar "die plant met die bolletjes".
Monocarp, dus na de bloei opnieuw zaaien.
Deze in Ierland gevonden bijzondere vorm van bij ons inheemse Engelwortel heeft bijna zwart glimmend blad en is daardoor erg indrukwekkend.
Net als alle Angelica is ze monocarp (sterft na de bloei) maar wij planten meer per pot zodat je jarenlang bloei kunt hebben. Overweeg als control freak een keer zaad te oogsten. Voor de rest zaait deze dominee zich ook prima zelf uit.
Iedereen die ze ziet wordt daar hebberig van.
Na dertig jaar focus op de meest bijzondere Aquilegia wordt het tijd voor een 'gewone'. De uitgeklede oprechte elegantie en kleur van deze wilde schoonheid zijn minstens even bruikbaar in je romantische tuin.
Liefst verwilderen ze op de overgang tussen zon en schaduw waar ze zich mengen met je vrouwenmantel of andere klassiekers.
Hoe spontaan durf je te tuinieren?
Er bestaan een aantal verschillende kleurvarianten van de oorspronkelijk rood en groen met witte 'Nora Barlow' die in de middeleeuwen al bekend was al 'Rose Columbine'. De groeiwijze is verder identiek. 'Black Barlow' is, voor een goed verstaander was het al duidelijk, de bijna zwarte versie, statig op hoge vertakkende stengels. De gevulde pompon bloemen zijn net roosjes.
Ze zijn gezaaid dus wel wat variabel.
Eindelijk een 'Black Rose'.
Ook zo'n heerlijke stevige voor de overgang tussen zon en schaduw.
De bloemen staan fier op de stevige stengels. De kleur is bijzonder bruikbaar.
Net als de rest een prima snijbloem.
De moeder van alle Barlow's.
Bekend in de middeleeuwen onder de toepasselijke naam: 'Rose Columbine' (Akelei roos). De pomponvormige gevulde bloem aan elegante lange stelen verkleurt van groen tot rood met wit.
Alle andere Barlow-akeleien werden hiervan afgeleid.
Een beminnelijke bloem uit de middeleeuwen.
Een nieuwe bloem die niet echt wil bloeien, dat is natuurlijk echt bijzonder en ze doet dat, eenmaal begonnen zonder ophouden.
De lintbloemen blijven groen met een purperen waas, het gevulde hart verkleurt naar purper.
Heerlijk subtiel en spannend.
Gemakkelijke vaste plant en snijbloem.
Tussen een stuk of tien nieuwe soorten werd deze er door iedereen uitgepikt. We kregen haar in 1999 van onze Franse collega Antoine Breuvart en hebben haar uitgedeeld aan onze Nederlandse collega's. Vasterival was toen kerngezond. Inmiddels zien we dat ze ook wel meeldauw kan krijgen.
Het blijft met haar donkere stelen en blad en haar aangename zachtroze kleur een van de beste onder de grote Asters.