Heel fijn ingesneden spits grijs blad en fris crème citroen (of is het zwavel) gele bloemen.
Een nieuwe uit 2013 waar we veel van verwachten, vooral in combinatie met diep donker paars van een Salvia of een Aconitum.
Half bladhoudend en tapijtvormend, dus bodembedekkend.
Deze heerlijke kleur is in veel borders bruikbaar. Een van de roodste duizendbladen moet ik zeggen om niet in de discussie: wat is de roodste, verstrikt te raken. 'Paprika' is geweldig maar de concurrentie wordt steeds grootser.
Salvia nemerosa en Perovskia ernaast zetten zijn inkoppertjes maar overweeg ook eens te mengen met nog meer rood voor een vurige border.
Een hete paprika.
Een nieuwe compacte en diep diep diep donkerbladige vorm van Marco van Noort.
De bloemen hebben een heerlijke en sterke vanille geur.
Bijzonder zeldzaam nog.
Zoet geurende bloemen, net als de rest.
Het diep donkere blad van deze onverwoestbare plant is heel fijn ingesneden.
De lange aren geuren sterk aangenaam zoet als vanille.
Diep, diep, diep, donker glanzend blad.
Sterk, makkelijk, geurend en raadselachtig prachtig.
De diep chocolade bruin-rode bladkleur maakt deze slaande schoonheid zeer begeerlijk. Sterk zoet vanille geurende roomwitte bloemen aan lange stelen.
Officieel voor de schaduw, maar je krijgt bij ons ontheffing af te rekenen met wat bruin blad na de echt hete zomerdagen, maar ook intensievere bladkleur en wat meer bloei als ze in de zon staat. Water geven mag ook.
Die geur is groots.
Deze recente introductie zou je een compacte uitvoering van Agastache 'Blackadder' kunnen noemen.
Ze blijft laag en compact en bloeit goed door met forse bloeiaren.
Nog zo nieuw dat we de twee nog niet jarenlang hebben kunnen vergelijken. Maar qua bloei zou dit wel eens een winnaar kunnen worden.
'Blackadder' is er een van Coen Jansen. De aren zijn slank en met name in de kern, de kelkblaadjes en de stengels zeer donker zoals de naam belooft. Veel beter nog dus dan 'Blue Fortune'.
'Blackadder' is bovendien al jaren de meest standvastige donkere.
Eenvoudig prachtig bovendien.
In mei of begin juni iets terugknippen maakt dat ze wat later maar ook langer en rijker bloeien en compacter groeien.
Ewald Hügin, uit Freiburg, bekend vanwege zijn millennium introductie Sedum 'Matrona', wist deze roemruchte plant die twee eeuwen geleden in Hongarije ontstond in een Oost-Duits park op te sporen.
We zagen ze voor het eerst na een nacht logeren bij Ewald en waren erg onder de indruk.
Deze vaste stokroos wordt enorm groot en maakt veel stevige nieuwe stelen uit de grond. De bloemen hebben een mystieke crème gele kleur met een bruine waas.
Als 'Parkfrieden', maar dan in donker roze.
Snoei ze tot de grond in de herfst of het voorjaar.
Ze vormen op den duur allemaal geweldig grote struiken met heel veel bloeiende stengels die na een koude winter soms tergend traag starten. In het najaar wordt dat ruimschoots goed gemaakt.
"A whole lot of Rosie"
Inderdaad, dit zijn die 'trommelstokken' bij ons langs het pad onder de kweepeer.
Deze dikke bollen in een ruime pot zijn gekloond van het fantastische origineel, de in 1963 door Jan Bijl geregistreerde selectie. Vaak worden onder deze naam zaailingen aangeboden, dit is 'the real thing' Dus strak en uniform.
Uiteraard ook zeer geschikt als snijbloem.
Je maakt hier je border spannend mee.
Een plant is het niet en blad heeft het nauwelijks.
Bloemen met een metaalachtige glans in 20 cm grote bolle schermen.
Voor je prairie of wat drogere zonnige borders.
Dit zijn de snijbloem sterren die je tuin hemels maken.
De bloemen doen een beetje aan een minaret denken. De puntige knop barst open en dan gaan de gele belletjes daar heel elegant uit hangen.
Uit zuid en centraal Europa tot en met de Kaukasus.
Ik zag ze samen met Santolina, Satureja, tijm en wilde lavendel in de bergen bij het zuid-Franse Forcalquer en oostwaards. Ze zaait zich hier ook lekker uit. Leuk dus voor je mediterrane kruidenborder.
Tja, gewone bieslook dus.....
Snijd er lekker veel van, dan groeit er ook veel terug.
Niet kapot te krijgen.
De bloemen mag je ook een keer eten, of als decoratie gebruiken.
Maar eerst trek je de bloem stelen er aan hun nek uit, want die zijn te taai om te eten.
Deze makkelijke vaste plant kan overal tussen en zorgt voor ritme in je borders. Stevige stokjes als stengels houden de bloem hoog boven bijvoorbeeld de grassen in een prairieborder. Maar ze zijn ook heerlijk tussen de aartjes van een groep Salvia, Nepeta, of elke andere vaste plant.
De bloemen beginnen groen en verkleuren naar een aangenaam klaverrood.
Voor de muzikale tuinier die weet hoe belangrijk ritme is.
In grote groepen is dit een indrukwekkende bloeiende sierplant voor het najaar, punt.
Maar bovendien is het een onbekend en in Azië zeer geliefde groente of keukenkruid. Het blad is plat en heeft een aangename milde knoflooksmaak. De stervormige bloemen zijn zuiver wit. Daslook, maar dan sierlijk rechtopstaand op lange stengels en de hele zomer oogstbaar.
Massaal planten. Of uit budgettaire overwegingen elk tweede jaar scheuren tot je genoeg hebt.
Toenemende culinaire belangstelling geniet deze beminnelijke beschermde inheemse plant. Denk daarbij in de richting van een knoflookachtige dressing voor bij de pannenkoek zoals we in Hongarije aten, daslook pesto voor over de pasta of gewoon door de aardappelpuree.
Als ze vochtig staan groeien ze snel tot heerlijke plakkaten. In de zomer zijn ze tijdelijk vertrokken, eind van de winter lopen ze weer uit met nieuw blad.
Zo sterk als een beren-look.
Wie de echte engelwortel zoekt voor culinaire toepassingen, moet deze hebben.
Een heemplant met sprookjesachtige, archaïsche uitstraling. De hele plant inclusief bloemen is groen met rode stengels.
In Frankrijk wordt de stengelvoet versuikerd en als eetlust bevorderend snoep geconsumeerd. En wat wil je nog meer in Frankrijk, behalve eetlust?
Monocarp, dus laten uitzaaien. Ze houden zich gemakkelijk zelf in stand via zaad.
Deze in Ierland gevonden bijzondere vorm van bij ons inheemse Engelwortel heeft bijna zwart glimmend blad en is daardoor erg indrukwekkend.
Net als alle Angelica is ze monocarp (sterft na de bloei) maar wij planten meer per pot zodat je jarenlang bloei kunt hebben. Overweeg als control freak een keer zaad te oogsten. Voor de rest zaait deze dominee zich ook prima zelf uit.
Iedereen die ze ziet wordt daar hebberig van.
Geelvrees? Ik kom er nog op terug, dat is uit de tijd. Dit is gewoon een lekker warme kleur die we nodig hebben in ons klimaat. Het is 'just what the doctor orders'.
Deze en Tanacetum worden in de zomer winterklaar gemaakt. Je knipt ze in juli flink terug terwijl ze nog bloeien. Want het zijn zulke enthousiaste bloeiers dat zich soms kapot bloeien. Na de knip gaan ze lekker uitstoelen en opnieuw bloemen maken.
Verder een makkelijke plant met veel impact.
Eenvoudige bloemen veroveren makkelijk harten.
Het crème is een nieuw kleurtje voor een oude bekende.
Met de wilde vorm, zeldzaam in Limburg, werd traditioneel wol geverfd. Het aftreksel beschermt ook langdurig tegen houtworm.
De bloemen zijn een zomers genot.
Uit Nederland bij Monksilver Nursery aangekomen onder de naam 'E.C. Buxton' en omgedoopt vanwege haar afwijkende mayonaise kleur omdat de bloemen bleker crème-wit verkleuren van zachtgeel.
Donkergroen filigrein blad. Een lang bloeiende plant voor een niet te natte plaats. In de loop van de zomer kan de plant het beste wat worden terug geknipt anders bloeit ze zich soms dood.
Je kunt ze ook voor de vaas knippen.
Een aangename donkerbruine bladplant met contrasterende rozig witte bloemschermen. In het zelfde genre als Angelica sylvestris 'Vicar's Mead': een inheemse plant met een aangenaam afwijkende bladkleur.
'Ravenswing' zaait zich rijkelijk en vrij soortecht uit en vormt zo tapijtjes met dat heerlijke bruine blad. Dit gebeurt zonder andere planten te verdringen of belemmeren.
Laat haar spontaneren!
Er bestaan een aantal verschillende kleurvarianten van de oorspronkelijk rood en groen met witte 'Nora Barlow' die in de middeleeuwen al bekend was al 'Rose Columbine'. De groeiwijze is verder identiek. 'Black Barlow' is, voor een goed verstaander was het al duidelijk, de bijna zwarte versie, statig op hoge vertakkende stengels. De gevulde pompon bloemen zijn net roosjes.
Ze zijn gezaaid dus wel wat variabel.
Eindelijk een 'Black Rose'.
Ook zo'n heerlijke stevige voor de overgang tussen zon en schaduw.
De bloemen staan fier op de stevige stengels. De kleur is bijzonder bruikbaar.
Net als de rest een prima snijbloem.
De moeder van alle Barlow's.
Bekend in de middeleeuwen onder de toepasselijke naam: 'Rose Columbine' (Akelei roos). De pomponvormige gevulde bloem aan elegante lange stelen verkleurt van groen tot rood met wit.
Alle andere Barlow-akeleien werden hiervan afgeleid.
Een beminnelijke bloem uit de middeleeuwen.