De best verkochte vaste plant aller tijden is deze eerste van Ernst Pagels. Hierdoor kreeg hij waarschijnlijk de smaak te pakken.
Het verhaal gaat dat Karl Foerster een zakje zaad aan Pagels gaf met de mededeling: "Da, sieh mahl was drin steckt!" Ernst Pagels selecteerde 'Ostfriesland' uit de zaailingen. Niet alleen zegt dat iets over het zaad maar vooral toch ook over het selectief vermogen van Ernst Pagels.
'Ostfriesland' is een rijke bloeier.
'Plumosa' zoals ze meestal wordt genoemd heeft bloemaren die zo gevuld zijn dat de bovenkant van de plant een grote bordeauxrode dot bloemen is. Feitelijk zien we niet de bloemen maar de schut-, de kelk en de steunblaadjes.
Graag zo zonnig mogelijk en droog planten. Het zusje van deze, 'Schwellenburg', is iets meer opgaand en losser vertakkend, minder zwaar gevuld.
Een nieuwe zeer lage die enige gelijkenis vertoont met 'Marcus'.
Ze zijn rijk en goed her-bloeiend.
Het is een verbetering van een verbeterde, uit een Amerikaans proefstation.
Serieuze concurrentie voor 'Marcus'.
Een donker dieptepunt.
Tot voor kort was 'Marcus' uniek als mini Salvia. Maar er nu is er ook deze dwerg in aangenaam roze uit purperen stengels en knoppen.
Bijzonder compact en laag. Een echte randjesplant.
Een geweldig dieptepunt zeg maar.
De trend is dwergvormen sinds Salvia 'Marcus' een groot succes werd.
Wij snappen dat niet precies, maar dit is er weer een.
Ik ben zelf dol op stoere planten, maar in een kleine tuin of kleine border wil je wel eens een randje vullen met lekker laag spul.
Daarvoor is deze sensationeel perfect.
Gedroomde oplossing.
'Berggarten' is een lage, breed uitgroeiende cultivar met dik grijs-viltig reuzenblad. In goede tijden, als het in het voorjaar lekker doorgroeit, is het zo groot als spinazieblad. Snelgroeiend en zeer sterk. Het is een van de cultivars van Salvia officinalis die ook goed grondscheuten maken waardoor ze snoei goed verdraagt. Bloemen maakt 'Berggarten' slechts sporadisch.
Even de door de olijfolie en in de oven krokant laten worden voor over de sla.
Volgens mij is dit Salvia lavandulifolia. Ook na discussie met de vinder en naamgever Dr. Hans Simon, die veel respect verdient, blijf ik daarbij. We zijn samen met de zaklamp de donkere tuin van conferentieoord Grünberg in getogen om het te verifiëren.
Net als Salvia lavandulifolia dus: Heerlijk van geur en prima voor culinaire toepassing.
Je kunt beide zonder zaklamp bewonderen in onze lange zonnige salieborder.
Een goede productieve keuken salie.
Dik vlezig grijs blad dat wat groter en dikker is dan bij de meeste salie, maar niet zo groot als bij 'Berggarten' en 'Foglia Large'.
Zeer goed van smaak hoewel wat mild voor mijn doen.
Lekker ook om te roosteren tot krokante salie blaadjes voor over de salade of als 'croutons' voor op je soep.
Een van de beste voor beroepskeukensaliekwekers.
Een bontbladige klassieker met romig geelgroen gevlekt blad. Ze wordt gemakkelijk mooi gevonden als randbeplanting langs een zonnig pad.
Ook prima geschikt voor keuken gebruik. Misschien iets zachter van smaak dan de gemiddelde gewone salie.
Meer een bladplant dan een bloeier.
Een dwergsalie met smal zeer zilver blad. Fantastisch fijne bossige en compacte plant.
De smaak is ook geweldig, zeer sterk en geconcentreerd.
Bovendien best makkelijk bloeiend.
Mijn liefste salietje.
Een hele fijne sterke cultivar en nette plant met groot donkergrijs blad dat ook intact blijft bij ongunstig weer.
De bloemknoppen zijn roodachtig en steken daardoor scherp af tegen het grijze blad.
Bijzonder sterk en goed voor tuin en keuken.
Wit bloeiende salie is een compacte plant, iets minder hoog dan de rest.
Niet alleen erg aantrekkelijk, maar ook heel lekker voor bij de pasta.
Ze bloeit zeer rijk en lang en als de bloemetjes zijn uitgevallen blijven de groen160-gele calyxen nog lang sierlijk.
Je snoeit ze na de bloei (geduld, het houdt een keer op) diep terug, dan blijven ze lekker vol.
Een heerlijke potplant.
De grootste bloemen die je van Salvia mag verwachten en dan in het diepst donkerste blauw.
Ze verdragen tot 6 graden vorst en sterven in de winter af. Je kunt ze dus gemakkelijk in de kelder of garage donker overwinteren.
Voor een prachtige pot in je patio.
Het enige verschil met reguliere Salvia patens zijn de zuiver witte bloemen.
Helemaal niet lelijk en alweer de grootste Salvia bloemen die er zijn.
Te groots eigenlijk voor haar onschuld.
Ze verdraagt net als de rest maximaal 6 graden vorst.
Naar verluidt gevonden door Piet Oudolf, als kruising tussen 'Amethyst' en 'Tänzerin'; beide niet de minste. Ik heb Piet dat zelf helaas nooit horen bevestigen.
Wel bewezen is uit onomstreden onafhankelijk onderzoek dus hoe dan ook correct:
Spectaculair grote bloemen en zeer rijk bloeiend.
De nieuwe Salvia pratensis lijken veel beter te herbloeien dan we gewend zijn. Knippen loont zich dus toch.
Deze heeft hele grote bloemen in een fantastische kleur aan donkere stelen.
Ik dacht heel even dat we hier met de vaste Salvia macrosiphon te maken hadden. Maar dit is toch echt een witte scharlei. Dientengevolge ook even tweejarig maar wel best goed zelf uitzaaiend.
Soms staat ie drie jaar later opeens weer te pronken, want het is een super beauty.
Die dikke knoppen alleen al.
Het speervormige blad is in het voorjaar donker purper en komt als een pijl uit de grond. De diep blauwe bloemen zijn heel sprekend. Ze vormt rijk en lang bloeiende grote pollen. Knip eventueel af en toe wat uitgebloeide aren weg.
Een van onze allereerste Salvia soorten, mede grondlegger van mijn liefde voor het geslacht.
Ze is prima winterhard.
Een forse snelgroeiende en rijk bloeiende plant. Het blad is geurig, de bloemen zijn blauw met een witte vlek. Ze houdt zich lang staande maar kan aan het eind wat steun nodig hebben. Over de winterhardheid ontstaan soms discussies, maar ik kan er kort over zijn, bij ons in een normale winter probleemloos, soms raak je ze kwijt. In het wild staan ze op vochtige plekken. Ons land voldoet kennelijk prima. Misschien is er in de achterhoek en het noorden van het land wat winterdek van bladeren nodig.
Sinds een aantal jaren zijn er een aantal selecties in omloop van deze leuke lange wapper uit Zuid Amerika. Dit is een dwergje met diezelfde witte vlekjes in het hart van de bloem.
De winterhardheid van de soort is 'besproken' maar lijkt de laatste jaren geen thema meer.
Gevonden door onze lieve bondgenoot Ewald Hügin uit Freiburg, dan weet je dat het een goeie is.
De bekende 'Schneehügel' moet volgens de Duitsers eigenlijk 'Adrian' heten en dat stimmt uiteraard. Maar het blijft even aangenaam zuiver wit.
Tot de grond terugknippen voor je op vakantie gaat, voor herbloei bij terugkomst.
Voor een toefje wit.
'Blauhügel' is de meest helderblauwe van het hele gezelschap. Erg geschikt voor langdurig blauw in de border
Lager en veel lichter van kleur dan Salvia nemorosa 'Caradonna'.
Makkelijke plant. Knip ze net als Salvia nemorosa na de eerste bloei diep terug voor herbloei.
Deze luchtige reus is kleinbloemig, violet blauw met een witte onderlip aan purperen stengels,
Botanisch dichter bij Salvia pratensis dan bij nemorosa wat zich uit in de natuurlijke onschuldige groeiwijze en weelderige bloei.
Anja heet Oudolf van achteren.
Verwarring alom, want het geeft me wat Salvia's 'Serenade's.
Dit is die ultieme nog niet zo bekende veldsalie die Piet Oudolf mij vele jaren geleden toonde.
Donkere rechte stelen luchtig roze bloemen.
Goed herbloeiend als je haar knipt na de eerste bloei.
Voorbij verrukkelijk.
Lijkt op 'Ostfriesland' maar dan veel hoger met roze kelkblaadjes en elegante lange aren, zoals de naam al doet vermoeden.
Knippen voor herbloei.
Een van de beste winterharde Salvia.