De lage vorm van Siberisch kattenkruid.
Deze intens blauw bloeiende lage randplant vormt een eigen categorie, een klasse apart vanwege de betoverend diepe kleur, scherpe tekening, de grote bloemen en rijke bloei. Om een of andere reden is ze wat kritischer op drainage.
Het blad sterft 's winters volledig af. De meeste andere soorten hebben dan alvast wat nieuw blad aan de basis.
Knippen is niet nodig.
Diep donker violet en stoer rechtopstaand met dikke trossen bloemen.
Nauwelijks geurend zoals zoveel andere Nepeta. Daarom zelfs voor katten met het kattekruid gen weinig interessant. Maar die hebben bij ons dan ook aan Teucrium marum geroken.
Knippen heeft geen zin, deze is eenmaal bloeiend. Maar dan wel met lekker dikke indrukwekkende bloemen.
We hebben er nog maar een paar jaar ervaring mee. Maar het ziet er naar uit dat deze wat sterker is dan andere rassen, koud weer beter verdraagt en redelijk goed binnen kan overwinteren.
Ze heeft relatief klein blad en bloeit wit met een vleugje roze. De geur heeft citrustonen.
Fijnbladig, compact en heerlijk.
Een verbetering van de traditionele Thaise Basilicum. Donker groen blad met contasterende donkerrode stelen en knoppen waar weer bijna witte bloemen uitkomen. Wordt aan tafel vers toegevoegd aan curries en noodle-gerechten. Anijs-achtige smaak. All-American winnnaar van 1997.
Dit is een vaste, maar nog niet winterharde.
De gestekte basilicums verhouten een beetje en zijn veel sterker dan gezaaide.
Je kunt deze gestekte basilicum binnen overwinteren. Zaad wordt niet gclarisevormd door deze gestekte plant.
Binnen overwinteren boven 15 graden.
Goed van smaak, heerlijk witte bloemen.
Een van de beste voor de Thaise keuken.
Thaise basilicum heeft een heel andere geur en ook andere toepassingen dan de Genovese types.
De smaak is kruidig, gepeperd, anijs.
We gebruiken ze graag in groente curry's met kokosmelk, knoflook en chilipepers.
Heel fijntjes is deze hop-marjolein met bellen die bij een wat oudere plant lang uitgroeien.
De bellen zijn veel kleiner en fijner dan die van 'Kent Beauty' maar uiteindelijk wel langer.
Ze is prima winterhard qua temperatuur; hoe kouder hoe beter. Maar ze staat daarbij wel graag droog.
Een typische bergplant zoals je ze in Turkije en Syrië wel tegenkomt.
Zou er dan toch een Origanum zijn die 'Kent Beauty' na al die jaren overtreft? Ik ben er nog niet helemaal uit. Deze introductie lijkt wat op een soort die we jaren geleden op proef kregen. De hopbellen worden nog roder en ze bloeit heel makkelijk.
Hopmarjoleinen groeien in het wild in de Turkse en Syrische bergen waar het in de winter heel koud wordt. Ze zijn dus uitstekend winterhard maar houden niet van nattigheid. Ze ze op een verhoging of een bak met lemige grond.
De vaste plant van het jaar 1998 (toen hadden we ze al). Lang en rijk bloeiend met grote bloemen in goedgevulde schermen. Het grote bijna ronde blad heeft een mooie textuur die variatie biedt tussen andere planten. In voor en najaar is het donkerrood. 'Rosenkuppel' is fijn materiaal voor combinaties in de border en de vaas.
Voor keukengebruik vinden wij deze niet aromatisch genoeg.
Super voor de tuin en de vaas.
Een Origanum voor de beestjes en de bloemetjes, rijk en lang bloeiend en goed voer voor nuttige insecten.
We kennen Origanum laevigatum als een soort met wat langgerekte open aren. Bij deze selectie is de bloei veel voller.
Dit is een waardevolle sierplant die zelfs als snijbloem inzetbaar is.
Een subtiel geurtje, maar niet voor je keuken dus.
Wilde Oregano uit Israël met een soort van bonenkruid-majoraan geur.
Dit is zeer waarschijnlijk de legendarische hysop uit de bijbel in; "Asperges me, Domine hyssopo", vertaald als: "besprenkel mij met hysop". Echte hysop komt niet voor in Israël. Za'tar is een mengsel van dit kruid met Sumac, zout en geroosterd sesamzaad, soms olijfolie of nog andere kruiden.
Over dit kruid zijn in het Midden Oosten geen kwesties. Iedereen houdt er van.
Aanbevolen voor keuken gebruik als het een uitstekend winterharde moet zijn.
Ook zeer geschikt als rijk bloeiende bodembedekker in de volle zon. De geur is bijna zo sterk als die van Origanum majorana, de echte oregano.
De krachtigste marjolein dus.
Heerlijk voor keukengebruik en betrouwbaar vast.
Een sterk geurende en gepeperde oregano met lekker grijs blad.
Niet dus die zoete voor bij de pasta.
De smaak houdt het midden tussen bonenkruid en peper.
Verdraagt strenge vorst veel beter dan vocht.
Op zoek naar gekke groenteplanten vonde we deze knolklaverzuring uit de Andes.
Voor de Andes indianen is dit al vele eeuwen een belangrijk voedselgewas dat tot 4000 meter ook op zeer arme grond kan worden geteeld. In 1830 werd de soort in Europa geïntroduceerd als concurrent voor de aardappel (ook uit de Andes). Zowel het blad, de stengels als de knol kunnen rauw of gekookt worden gegeten. De knolvorming begint als de dagen gaan korten. De knollen zijn winterhard.
Een Hollandse klassieker uit 1952. Veel in gebruik als snijbloem, maar ook zeer geschikt als tuinplant.
Zeer groeikrachtig en rijk bloeiend met veel zijknoppen. De zacht zalm kleurige bloemblaadjes verkleuren naar wit. Dat geeft een dynamisch beeld.
De geur is niet erg sterk. Best wel wat steun geven vanwege de rijke bloei.
De sprookjespioen met halfgevulde, abrikoos- koraal genuanceerde komvormige bloemen.
Zeer vroeg bloeiend. Zacht geurend.
Als snijbloem een onovertroffen charmant cadeau.
Het soort plant waar je voor thuisblijft als ze bloeit.
Een kruising van de rode Paeonia peregrina met een lactiflora. Vroeg en hoog met stevige stengels. Halfgevuld.
Deze kleur is zoals bij alle koraal hybrides zeer bijzonder en warm. 'Coral Supreme' is zelfs nog iets meer oranje dan 'Coral Charm'.
Ze heeft veel meer kleur dan geur.
Een zeer bijzondere kruising van de rode Paeonia peregrina met lactiflora.
Vroeg en laag met zeer stevige stengels, dus geen steun nodig. De perfecte vorm; halfgevuld.
De geur is lekker licht en luchtig.
Teer vuurwerk afkomstig van een van mijn favoriete botanische pioenrozen; Paeonia peregrina.
Deze cultivar staat daar dicht bij en bevat het beste van wat peregrina te bieden heeft.
Net als alle enkelbloemige valt ook deze nooit om tijdens de bloei.
Een hoge 'Coral' met meer naar roze neigend abrikoos dan de zusjes.
Heerlijke komvormige geurende bloemen.
Vroeg bloeiend.
Fantastisch die Corals.
Een van de makkelijkste boompioenen. De bloemen geuren heerlijk. De struik heeft een ruige vorm.
De enige Pioen die zich ook op zandgrond nog redt.
Omdat ze gezaaid worden kan de kleur van de bloemen iets variëren.
Waarschijnlijk de meest legendarische pioen ooit sinds 'Rock's Variety'.
Een kruising tussen boom- en kruidachtige pioen.
De bloemen zijn zo'n 20 cm in doorsnede, maar hebben vanwege houtige stelen geen steun nodig. Ze is zeer rijk bloeiend en heeft een lekkere lichte geur.
Het blad blijft tot diep in de herfst fris om daarna met geweldige herfstkleuren een einde te vinden.
In 1948 kwam Toichi Itoh uit Tokio op het lumineuze idee om stuifmeel van de kruidachtige Paeonia lactiflora 'Alice Harding' te gebruiken om er de Japanse boompioen 'Katoden' mee te bestuiven. Zo ontstond de fantastische intersectionele kruisingsreeks met boompioen blad en half-houtige stengels.
Ze blijven veel lager dan boompioenen en hebben vaak half gevulde bloemen in heerlijke kleuren.
De Japanse professor Itoh was de eerste die het lukte boompioenen te kruisen met kruidachtige. Deze types staan genetisch ver van elkaar, ze behoren tot verschillende secties. De takken zijn halfverhout en de plant vormt een lage statige struik.
Roger Anderson deed het kunstje van Itoh in 1986 na en kwam zo tot deze. De kleur verloopt van zuiverwit naar diep roze-rood in het hart van de semi dubbele bloem. Ze zijn uitstekend winterhard, traag groeiend maar zeer lang levend.
Intersectionele hybride tussen een boompioen en een kruidachtige soort.
Deze kleur is in deze groep zeer bijzonder en maakt haar tot een kostbare zeldzaamheid.
Naarmate de wortels krachtiger worden worden de bloemen ieder jaar voller. Ze vormt een mooie compacte struik die geen ondersteuning nodig heeft.