Zuiver witte bloemen in het vroege voorjaar, zo rond Pasen een soort mijlpaal.
De zaden ontstaan in heerlijk warrige pluizen waar de plant nog lang sierwaarde aan ontleent.
Ze mogen graag in een soort rotsplant omgeving groeien.
Wit wildemanskruid is helemaal pluis.
Zo harig dat we hier misschien wel op de grens tussen het plantenrijk en het dierenrijk zitten.
Na de snoeperige bloemen komen lekkere pluizen.
Een goed vaste voorjaarsbloem met een beestachtig spannende zomergestalte.
Paasklokjes zou je ze kunnen noemen deze fijne vroege en best grote bloemen voor zo'n kleine plant.
Als ze het naar hun zin hebben, op een best warm plekje in doorlatende grond kunnen ze hele plakken vormen.
De zaaddozen zijn lollige pluizebollen.
Een amerikaanse bosrandplant met heerlijk zilveroplichtend topblad.
Een van de beste vlinderplanten die er zijn!
Bovendien heerlijk geurend.
Het blad kun je vers kauwen, of je kunt er thee van maken.
De eerste keer dat ik deze plant met paars gespikkelde witte bloemen en smal grijzig blad uit het zuiden van de VS zag stond er een bordje bij met: Origanum viride. De bijen uit een nabijgelegen korf vlogen er massaal op, zo'n bevlogen plant zag ik daarna nooit meer.
De groeiwijze lijkt inderdaad op die van marjolein. Het is ook een ex-munt: vroeger heette ze Mentha pilosum.
Die muntgeur blijft en wordt na drogen zelfs nog sterker.
Als ik twee peren moest kiezen, dan deze en 'Doyenne du Comice'. En gelukkig zijn die twee ook nog goede bestuivers voor elkaar. Lang gelden hadden we een boomgaardje in beheer met vooral 'Conference', de 'Doyenne du Comice' stonden er tussen als bestuivers.
Goed bewaarbaar en lang lekker.
En dit is mijn allerliefste peer. Ze worden ongeëvenaard zacht en sappig wegsmeltend als ze goed rijp zijn.
Ook deze kan een flink stuk de winter in worden bewaard.
'Conference' is een goede bestuiver maar ze kan zich ook redelijk zelf bestuiven. Er kunnen dan zelfs pitloze peren ontstaan.
Gevonden door Comice Horticole de Maine et Loire en in 1849 geïntroduceerd.
'Gieser Wildeman' is goed zelf bestuivend en kan na de oogst begin oktober tot eind januari worden bewaard. eetrijp zijn ze een paar weken na de oogst.
De kleine regelmatig gevormde peertjes worden vooral als stoofpeer gegeten.
Ze kan tijdens 'beurtjaren' een wat lagere opbrengst geven.
Het is een trage groeier, geschikt voor kleine tuinen.
Zuilvormen van fruitbomen zijn hip. Ze zijn ideaal voor kleine tuinen en kunnen zelfs in pot op een balkon of als fruitheg worden geplant. Het zijn speciale rassen die heel weinig groeien en hele korte vruchtbare zijtakken maken. Ze hoeven ook niet of nauwelijks gesnoeid. Voor een haagje plant je deze 60-80 cm van elkaar.
'Obelisk' is zelffertiel, ze lijkt qua smaak op Conference', een zoete sappige peer dus.
Tof deze.
Dit zusje van Pyrus salicifolia var. pendula bloeit wat rijker en heeft net zulke leuke kleine peertjes.
Een heerlijk gedrongen, handzaam zilver boompje. Iedereen denkt dat het een olijf is maar deze schoonheid komt tot 1700 m hoog voor in Albanië, Turkije, Roemenië, Griekenland en de Krim. Ze heeft dus geen enkel probleem met zelfs onze strengste winters.
Het zacht zilveren blad heeft de vorm van een bootzeil, vandaar de naam.
'Elblitz' is een productieve kruising van Rheum 'Frambozen Rood' x 'Valentine'. Ze heeft wat minder dikke maar redelijk zoete stengels. Je kunt er een keer of drie van oogsten.
Na 21 juni mag je geen stengels meer oogsten omdat rabarber dan weer op krachten moet komen voor het volgend voorjaar en omdat het gehalte aan oxaalzuur dan te zeer toeneemt. De stengels worden dan ook snel veel zuurder. Professionele telers hebben trucs om later en zelfs in de winter te kunnen oogsten.
Een wat zoetere, gezaaide, roodstelige rabarber.
Gezaaide planten hebben het voordeel dat ze vitaler zijn dan gedeelde planten.
Een rabarberplant kan tot 15 jaar productief zijn.
Grote trossen met dikke bessen.
De bessen hebben een zachte cassis smaak en vallen niet van de steel.
Handelbaar dus en zachtaardig van smaak.
Een heel goede zwarte, zo simpel is het.
Dit is geen zinkend schip maar een beste bes.
Een oud standaardras dat herinnert aan hoe we met de tuinbouwschool op excursie bij een bessenteler zagen hoe hij met een stok de takken naar beneden sloeg om ze half gebroken, vruchtbaarder te maken. Makkelijk dus.
Als ze een beetje kwarren knip dan een oude tak diep terug. Is daar een bruine gang te zien knip dan nog dieper tot er geen gangetje meer is. Dat is een mot die zich naar beneden vreet. Vooral bij oude planten.
Sappige geel witte bessen in gevulde trossen. Zoeter dan rode aalbes.
Begin juli rijpen ze.
Aan de tros zijn aalbessen wekenlang bewaarbaar.
Ze kan prima als losse struik geteeld maar produceert nog beter in rijen aan draad, plant afstand is dan: 50 tot 100 cm.
Voor de gouden eeuw van de eetbare tuin.
Het spiegelei papaver spektakel. De bloemen zijn net een omelet.
Zilver-grijs blad, zuiver witte gekreukte bloemen tot 15 cm in doorsnede met een oranje-geel hart.
Ze staan graag droog en kunnen dan fors genoeg worden om er zo trots op te zijn dat je de bloemen gaat tellen. Meestal blijven ze wat lager dan de 2 m die ze kunnen halen Eenmaal aan de gang komen er elk jaar een paar takken bij.
Die kleur zo geweldig rood is wonderlijk weervast.
Ze is goed herbloeiend en geurt een beetje.
Vooral dat zeldzame echte rood bevalt me. Ze verbloeit naar donkerroze.
Meilland 2005.
Deze zeldzame wilde roos komt in Nederland alleen in Zuid Limburg voor.
Ze heeft eenvoudige sterk geurende 2 cm grote witte (of zacht roze) bloemen en leuke rode botteljes in de herfst.
Alleenstaand wordt het een struik van 150 tot 200 cm. Tegen struiken kan ze zich wat hogerop hijsen. Ze groeit van nature in bosranden en is zeer geschikt voor heggen.
Onze wilde rozen zijn vermeerderd uit originele autochtone (inheemse) herkomst.
Deze inheemse roos groeit graag in de volle zon in niet te natte kalkrijke grond vaak in combinatie met sleedoorn en meidoorn en in bosranden. Bijen en andere nuttige insecten vinden er hun voedsel en zorgen voor bestuiving. De flesvormige 2 cm lange botteltjes worden in de winter graag gegeten door vogels waaronder koperwiek en kramsvogel. Ze bloeit in juni en juli met 4-6 cm grote bloemen. Ze is bij ons 'aangewaaid' en staat prominent langs het pad naar ons kweekveld.
Deze vrij zeldzame west Europese roos komt in Nederland vooral in Limburg, Drente en de duinen voor.
Ze wordt wel beschouwd als een synoniem van de hondsroos, maar de heggeroos heeft grotere bloemen (4 tot 5 cm) en van onder behaard blad.
De heggenroos wordt wel als onderstam voor de veredelde rozen gebruikt.
Onze wilde rozen zijn vermeerderd uit originele autochtone (inheemse) herkomst.
Eindelijk hebben we haar, die Chinese roos met die gekke gestekelde bruine bottels.
De donkerroze bloemen lijken op die van de gewone bottelroos, of rimpelroos en hebben ook een zachte geur.
Ze heeft fijn gedeeld blad, forse doorns en een afbladderende bast zoals je soms bij esdoorns ziet.
De zoete bottels zijn eetbaar, en heel gezond, maar ook harig ze zouden worden gebruikt bij het gisten van wijn en om kanker te genezen. Verwacht daar niet te veel van.
Een snelgroeiende nieuwe cultivar.
Lekker dik blad, bossige plant.
Robuust in de tuin, productief genoeg voor de zware gebruiker.
Een heerlijke diep blauwe kleur heeft deze plat groeiende vorm met licht gebogen takken.
De kruipende vormen, zoals daze bloeien veel rijker en ook vaak al voor de winter.
Daar staat tegenover dat ze misschien iets vorstgevoeliger lijken te zijn.
Ideaal voor een hoge pot waarin ze elegant over kunnen hangen.
Kruipende vorm die tot een meter lang en breed kan worden.
Zeer volle bossige plant met fijne naalden die snel een pot vult.
Fantastisch die enorme watervallen van rozemarijn zoals je ze in zuid Frankrijk ziet. Bij ons doe je dat beter in pot.
De bekende schrijver van plantenboeken E.A. Bowles kreeg deze rozemarijn als stekje van zijn buurvrouw Euphemia en heeft de kloon naar haar vernoemd. Ze ruilden wel vaker zaden en stekken.
Het blad is grijzig groen en ze heeft kleine metaalblauwe bloemen.
Iets winterharder dan de meeste.
Een terecht bekroonde cultivar voor tuin en keuken.
Moraal: Koester je buuv.