Ik vind deze klassieker geweldig met z'n vlinderachtige sterretjes bloemen.
Fijn magenta paars geaderd.
Tussendoor knippen is er goed voor. Ze gaan daarna snel weer bloeien.
Violen staan liefst met hun hoofd in de zon en de voeten in het water. (Wie niet?)
Eigenlijk zouden we moeten spreken van klimaf-viool. De ranken kunnen tot een meter lang worden en ook op die ranken komen bloemen. De witte bloemen hebben een ruim lavendelkleurig hart. Ze is heerlijk in een hangpot, maar verdraagt weinig vorst dus hartje winter wel even in de schuur zetten.
Super makkelijk, alleen elk voorjaar scheuren herpotten en delen met de buren.
Witte maartse viooltjes omdat dit lieflijke albinootje zo leuk opvalt in je schaduw hoekje.
Lieflijk en welriekend.
Een voorjaars bloeiende vaste viool met glanzend diep donker purper blad. De bloemen contrasteren aangenaam met het blad. Als ze zijn uitgebloeid blijft het een sierlijke bodembedekker vanwege de spannende bladkleur.
Ze zaait zich rijkelijk en kleurecht uit.
Spontaner tuinieren binnen handbereik.
Alle bloeikracht wordt bij deze amerikaanse soort opgespaard voor een explosie in het voorjaar. Tijdens de bloei is het hartvormige blad nog niet volledig ontwikkeld. Na de bloei wordt dat veel groter en krijgt de plant het karakter van een stevige zodevormende bodembedekker die het ook in de schaduw prima doet. Eigenlijk bloeit de plant wel door maar, net als Viola odorata met cleistogame bloemen. Na het voorjaar vormt ze onder het blad meteen zaaddoosjes, dus zonder bloemen.
Een erg leuke bodembedekker die in het voorjaar vrolijk bladloos bloeit. Het glanzende hartvormige blad komt daarna en wordt met 25 cm hoger dan de bloemen.
Met vriendelijk verzoek om de sleutel van je tuinhek. In het voorjaar komen we namelijk even langs met een fijn penseel voor de donkerblauwe sproetjes. Service van de zaak.
Dit is mijn allereerste superplant ooit, gekregen van kruiden kwekerij 'Het Blauwe Huis'.
'Delta Blues' is een nieuwe cultivar van Matt Dirr uit Georgia met een goede compacte plantvorm.
Ongesnoeid wordt deze meer dan twee meter hoog. Maar wij snoeien ze in het voorjaar net als vlinderstruiken. Dan blijven ze veel compacter en lager.
Vitex agnus castus heeft geurend blad en is zeer geliefd bij vlinders en bijen.
De bijzondere witte vorm is net zo aantrekkelijk voor bijen en vlinders als de gewone monnikspeper en heeft datzelfde sierlijk gesneden handvormig en geurige blad maar dan met een zilveren waas.
Ze kan in strenge winters wat invriezen. Maar herstelt zich daar prima van.
Atheense vrouwen zouden het blad in bed hebben gelegd om kuisheid te bewaren tijdens het feest van Ceres. Nog steeds is ze in gebruik als medicijn ter regulering van de geslachtshormonen huishouding.
Als monnikspeperfan kan ik het niet laten er een compleet sortiment van te vermeerderen. Nadat we op Kreta door heerlijke geurende Vitex bossen hebben gewandeld ben ik helemaal verkocht.
Inmiddels hebben we er heel wat in onze tuin die het allemaal prima doen.
Deze roze vorm kom je maar zelden tegen.
Snoei ze net als Buddleja in het voorjaar.
Dit is een van mijn favoriete mediterrane planten. Ze is betrouwbaar, heeft historie, is geneeskrachtig, heeft geweldig handgeveerd blad en een fantastisch diepe bloeikleur.
Deze ondersoort 'latifolia' is extra intens van kleur. Ze staat al vele jaren in onze tuin. De punten vriezen soms wat in, maar je moet ze toch elk voorjaar terugsnoeien. Als bij vlinderstruik, maar iets minder diep.
Iedereen is dol op haar.
Een Zuid-Frans ras van A. Siebel dat het in ons soms wat kille klimaat uitstekend doet.
Zeer ziekte resistent en zelfs op minder zonnige plekken goed vruchtdragend.
Grote vruchten met een zachte smaak.
Geschikt als tafeldruif of voor wijn.
Snoei ze niet na januari, anders gaan ze bloeden.
Vroeger in het westland in kassen geteeld. In Hampton Court staat een exemplaar dat in1768 werd geplant door Lancelot 'Capability' Brown en nu nog volop vrucht draagt.
Vroeg, grote opbrengst, dikke trossen.
Als er erg veel vruchten in de tros zitten kleuren ze minder door. Ze zijn dan wel rijp en zoet. Gevoelig voor meeldauw, dus wel wat verwennen.
Best in de kas of zeer zonnig tegen een warme muur.
'Heike' is een ziekteresistente heerlijk zoete pitloze roze-rode tafeldruif. De trossen hoeven niet te worden gekrent (uitdunnen). Oogstbaar vanaf begin september.
Het is een modern ras met een goede opbrengst.
Alle druiven zijn zelf bestuivend.
Ze moeten worden aangebonden, de uiteindelijke hoogte bepaal je daarmee zelf.
Snoei ze niet na januari, anders gaan ze bloeden.
Je ziet aan de kleur hoe heerlijk 'Heike' is.
Een van de allerlekkerste pitloze druiven.
Losse trossen, weinig ziekte gevoelig.
Zeer geschikt voor ons klimaat. Ook voor buitenteelt. Liefst wel op een warme zuidmuur. Een harde groeier.
Middengrote vruchten. Zoet van smaak, geschikt als tafel- en wijndruif en om te drogen.
'Katharina' is een aromatisch fris zoetzuur smakende roze-rode tafeldruif. Ze hoeft niet worden gekrent en rijpt vrij laat, in oktober, verspreid over enkele weken.
Het is een modern redelijk productief ras geselecteerd op smaak en ziekteresistentie.
Druiven snoei je in de winter tot uiterlijk half januari, anders gaan ze bloeden. Je kunt ze ook in de zomer snoeien om de trossen meer licht te geven. Ze zijn dol op kalk.
'Lakemont' is een pitloze zoete en aromatische tafel- of wijndruif.
Ze is ziekteresistent en geeft een hoge opbrengst in september.
Je mag ze krenten voor grotere bessen en ze rijpt beter als je in augustus het blad voor de trossen weg knipt.
Grote volle trossen, vol kleine zoete bessen.
Druiven snoei je in de winter, tot uiterlijk half januari.
Deze heerlijke druif is niet 'crunchy'.
Zeer zoet en heerlijk nootachtig van smaak. Vooral een tafeldruif maar uiteraard ook geschikt om een bijzondere aromatische wijn van te maken. Zoals die uit Riversaltes, Lunel en Frontignac.
Laat rijpend, dus graag op een warme zonnige plek of in de kas. Langerekte trossen.
Waarschijnlijk een van de oudste druivenrassen in cultuur.