Clusters wollige bloeistengels, zwaar grijsviltig behaard en reuzen blad maken hier een beste bodembedekker van.
Dit is de meest grootbladige vorm van de ezelsoren, indrukwekkend en zeer bruikbaar in een groot massief van grijs.
Heerlijk blad voor je tuin en je zachte bovenlip.
Witgrijs wollig behaard blad met daarboven clusters wollige bloei stengels zonder zichtbare bloemen. De bloemen worden, net als bij een schapendoes de ogen, door het haar verbloemd.
Hele plant zwaar grijs viltig behaard.
Ik vind ze prachtig, zacht en effectvol.
De gigantische.
Een bijzonder goede solitair die met name in het najaar zeer indrukwekkend is, tenminste, als je er plaats voor hebt.
Je kunt hier heel creatief leuke gekke dingen mee doen.
Een wolk van een reus.
Zacht fijn blad en subtiele aartjes.
Of het nu bloeit of net niet meer is slecht te zien. Dit gras ziet er altijd even geweldig uit. Ook in de winter.
Liever niet knippen, zeker niet als ze niet aan de groei zijn. Hoeft ook niet, je trekt het dorre blad er in het voorjaar makkelijk uit.
Het waait lekker met elke wind mee.
Plant het overal massaal tussen, (denk aan Echinacea en Salvia) het is heerlijk.
Waar het kan laat je de zaailingen staan.
De woekerwoede van deze plant zet je naar je hand op de juiste plek. Ze moet ergens staan waar ze de ruimte heeft en geen kostbare planten onder de voet kan lopen. Dan blijft je blij met dit, en ik vertel het pas aan het eind, mooiste blauw dat er is. Een azuur-blauwe voorjaarszee van bloemen.
Later is het dankzij het goed dichtgroeiende blad een van de allerbeste bodembedekkers.
Een soort Buxus maar dan aangenaam geurend en bloeiend en gezond.
Je mag ze naar hartelust in model snoeien, maar ik zou dat na de bloei doen. Ze vormen uitlopers waardoor ze snel dichte polletjes vormen. Zelfs droge schaduw verdragen ze nog prima.
Hun donkergroene glanzende blad houden ze ook in de winter. Je kunt er de heggetjes om je lavendelvakken mee maken als dat perse moet.
Mijn liefde voor Teucrium flavum ontstond bij onze eerste ontmoeting in een rotsige berm in de Ardèche. Deze vorm met haar bolle glimmend groene blad komt onze relatie alleen maar ten goede.
Ze is bladhoudend, ook bij ons en vormt tamelijk strakke bolronde pollen. Het blad heeft een subtiele kamfer eucalyptus geur.
Een glimmend schone, opgeruimde plant.
Wat mij betreft de absolute winnaar in de categorie geslaagde combinatie van blad- en bloemkleur, dit diep donker paarsblauw met verfijnd zilver blad. Het is een winterbloeier, net als rozemarijn, maar omdat het bij ons in de winter te koud is bloeit ze vanaf het vroege voorjaar tot diep in de zomer. Je snoeit haar dus niet in het voorjaar. Ze is een verbetering van de verbluffend mooie 'Azureum' met nog grotere bloemen.
Enig minpuntje: Ze mocht wat mij betreft anders heten. Ik denk aan 'Indigo'.
Deze kruiper heeft een minuscuul vleugje citroengeur. Hij werd geselecteerd uit Thymus serpyllum zaailingen, mogelijk met wat vreemd bloed.
Iets hoger en groeikrachtiger dan andere kruiptijm daardoor ook beter in staat onkruid te onderdrukken.
Geweldig rijke bloeier.
Een door onze lieve vriendin Margaret Easter, aka 'Mrs. Thyme' en Engelse NCCPG collectie houdster voor Thymus, als zaailing in haar tuin gevonden en door haar geïntroduceerde kruiptijm.
Zacht roze bloemetjes met een karmijnrood honingmerk.
Fijntjes, matvormend.
Door Margaret aanbevolen tussen stenen langs een pad.